In de krant

16 APRIL 2015, 11:34 DOOR FRANK HEYTHUYSEN

Twee jaar geleden startte Tineke Gielis (58) uit Weert een opvang voor kinderen van alleenstaande moeders in Nepal. Met dit kleinschalige project ging er voor de kledingverkoopster van professie een lang gekoesterde wens in vervulling.

Van jongs af aan stond voor Tineke Gielis vast dat ze in een derdewereldland ontwikkelingswerk zou gaan doen. Vanwege leven en liefde duurde het even voordat haar droom werkelijkheid werd. ‘In eerste instantie zag mijn man het niet zitten dat ik in het buitenland ging werken, maar hij besefte dat dit een diepgewortelde wens van me was. ‘Doe nu maar’, was de boodschap enkele jaren geleden en die boodschap was niet tegen dovemansoren gericht. Ik zocht eerst uit wat er mogelijk was. Afrika trok me niet zo, voornamelijk omdat ik geen Frans spreek. Via-via kwam ik in 2010 in contact met de organisatie Abroad, met projecten in Nepal. Ik ben daarop drie maanden ontwikkelingswerk gaan doen in Nepal, werken met ondervoede kinderen. Het voelde meteen goed, ik had er wel willen blijven. Na afloop van dit project kreeg ik mijn man zover om met me mee te gaan, dus drie maanden later zat ik weer in Nepal. Na overleg met de manager van een tehuis heb ik daarop besloten me te wijden aan de opvang van kinderen van alleenstaande moeders. Een groot probleem in Nepal, waar vaak jonge moeders bij de bosjes door hun –vaak met een alcoholprobleem kampende- mannen in de steek worden gelaten en vervolgens in hun eigen levensonderhoud moeten voorzien. Met als gevolg dat hun kinderen op straat belanden, veelal zonder eten. Medische problemen zoals ondervoeding, schurft en diarree steken dan al gauw de kop op en bovendien dreigen deze kinderen af te glijden in de criminaliteit.’

Tineke Gielis richtte in Weert de stichting Narsari op en zamelde twee jaar lang geld in voor haar project. In februari 2012 zwaaiden de deuren van haar opvang open. In Nepal vangt zij een twintigtal kinderen op, samen met haar Nepalese partner Sunita, die als manager ter plekke opereert. ‘Nepal is een arm en niet al te proper land, om het zacht uit te drukken. We huren er een pand dat te midden van golfplaten huisjes in een krottenwijk staat. Een bewuste keuze, want op die plek is de nood het hoogst. We vangen kinderen op in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. Daarna horen ze naar school te gaan, maar dat gebeurt lang niet altijd. Veel aandacht wordt er besteed aan zindelijkheid en hygiëne. Handjes wassen, netjes verschonen, tanden poetsen, op tijd een dutje doen. Maar de Europese normen voor hygiëne mag je gelijk vergeten, die haal je in Nepal nooit. En je kunt ook niet overdrijven, want anders krijg je de mensen alleen maar tegen je. Of dit werk een druppel op een gloeiende plaat is? Zo kijk ik er absoluut niet naar. Ik kan twintig kinderen helpen, daar draait het voor mij om.’

Vooruitgang

Resultaten blijven niet uit. De kinderen krijgen gezonde voeding en medische zorg en gaan er op vooruit. ‘Stapje voor stapje treedt er verbetering op’, vertelt Tineke Gielis. ‘Aandacht schenken en liefde geven, daar draait het om. In Nepal heb ik inmiddels drie mensen in dienst die ervoor zorgen dat de kinderen driemaal daags een gezonde maaltijd krijgen. Als je vooruitgang ziet, dan geeft dat veel voldoening.’ Tineke Gielis gaat tweemaal per jaar voor drie weken naar Nepal om supervisie op het project te houden en om er op toe te zien dat het in Nederland ingezamelde geld goed besteed wordt. Ziet ze zichzelf als een wereldverbeteraar? ‘Nou nee, dit is gewoon een passie. Ik wil mensen helpen. En als het aan mij lag blééf ik in Nepal, want dit project is voor mij enorm belangrijk. Wat me het meest getroffen heeft in Nepal? Een voorbeeld. In een kinderziekenhuis trof ik een man met een kindje dat meer dood dat levend was. De vader had geen geld voor een levensreddende operatie, die slechts tien euro kostte. Ik heb die operatie betaald, het kind is er weer bovenop gekomen en is me enorm dierbaar. Het is verschrikkelijk om zoiets aan te moeten zien, maar zo’n voorval voedt wel de motivatie om met dit project door te gaan.’

Tineke Gielis organiseert allerlei activiteiten om geld te generen voor haar project, vaak in samenwerking met scholen. ‘Ik betrek graag kinderen bij mijn project, ook om bewustwording te creëren bij jonge mensen. Er is een benefietavond geweest in de Bosuil, een fancy fair met kerst en ik denk er over om een sportevenement te organiseren. Verder ben ik bezig om onze website vorm te geven. Dit project kost tienduizend euro per jaar, een bedrag dat ik elk jaar moet zien op te brengen.’

Hoewel er in Nederland stemmen opgaan om eerst en vooral naar de noden in eigen land te kijken, wil Tineke Gielis daar niks van weten. ‘Zonder de ook in Nederland bestaande armoede te willen bagatelliseren, hier heeft een bijstandsmoeder doorgaans tenminste nog een dak boven het hoofd en heeft zij en haar kinderen recht op medische zorg. De armoede in Nepal is van een ander kaliber. Waar dan ook: een kind verdient het niet om dood te gaan omdat er geen medische hulp of voedsel is. Hoe klein mijn bijdrage aan dit grote probleem ook is, ik wil gewoon een steentje bijdragen, niet meer en niet minder.’

Info: Tineke Gielis, tel. 06-33792416 of kijk op www.stichting-Narsari.webklik.nl K.V.K nr: 51314134 Bankrekening: NL.38 INGB.0005901107 ANBI nr: RSIN/ fiscaalnr. 823212789

Frank Heythuysen